Wandeling langs zes meren op de Alpe d’Huez
- Moeilijkheid: Eenvoudig
- Soort: Korte wandeling
- Kenmerk: Met kinderen
- Hoogteverschil: 92 meter
(2019m - 2111m) - Afstand: 6 kilometer
- Duur: 1 tot 2 uur
- Zelfde eindpunt als beginpunt: ja
- Beginpunt: Alpe d'Huez
- Wandelkaart kopen
- Wandelgids omgeving
- Meer routes: Alpe d'Huez, Auvergne-Rhône-Alpes, Frankrijk, Franse Alpen, Isère
- Accommodaties in de omgeving:
- Hotels en b&b's
- Campings
- Vakantiehuizen
De wandeling
Het bekende skigebied Alpe d’Huez is misschien niet de eerste optie die bij je opkomt voor een mooie bergwandeling. Maar tussen de skiliften, een paar kilometer buiten het dorp, vind je een ongerept stuk natuur vol meren en met uitzicht op de omliggende bergen van de Écrins en het Massif de Belledonne. Een rondwandeling met de naam ‘Boucle des Lacs’ voert je in iets minder dan twee uur over het plateau, met de mogelijkheid om de lus naar wens in te korten.
Beginpunt
Om op de Alpe d'Huez te komen rijd je eerst de befaamde eenentwintig haarspeldbochten omhoog. Op de alp aangekomen rijd je dwars door het skidorp. Met iedere meter die je het dorp verder achter je laat, wordt ook het asfalt op de weg minder, zodat je over een hobbelig weggetje richting het merengebied rijdt. Na vier kilometer kom je bij een ruime parkeerplaats vlak naast het Lac Rond, Lac Besson en Lac Noir. Hier staat een informatiebord en er is een toilet.
Routebeschrijving van de wandeling
Vanaf de parkeerplaats is het slechts een paar minuten lopen naar de eerste twee bergmeren, Lac Rond en Lac Besson. Je zult ze waarschijnlijk niet als aparte meren onderscheiden omdat ze aan elkaar verbonden zijn.
Je kunt de Boucle des Lacs zowel met de klok mee als tegen de klok inlopen. Wij kozen voor de tweede optie zodat we het Lac Noir, wat ons betreft het mooiste meer op de Alpe d'Huez, voor het laatst bewaarden. Deze routebeschrijving start daarom rechts van het Lac Rond.
De wandeling is goed gemarkeerd, maar dat is eigenlijk niet eens nodig. Het plateau is erg overzichtelijk met twee parallel lopende paden van noord naar zuid. Tussen deze twee paden zijn regelmatig doorsteekjes, waardoor je op ieder moment kunt besluiten aan de terugweg te beginnen. Dat maakt deze wandeling ook heel geschikt de ongeoefende bergwandelaar. Het pad loopt glooiend, met hier en daar een iets steiler heuveltje, maar het hoogteverschil blijft over het algemeen beperkt tot enkele tientallen meters. Op het meest noordelijke punt van de wandeling, bij Lac Carrelet en de Alpette-lift moet je eenmaal honderd meter dalen en deze aan de overzijde van het meer vervolgens weer omhoog wandelen.
Aan het eind van de rondwandeling heb je er ongeveer tweehonderd meter hoogteverschil opzitten. Dit kost je ongeveer vijf kwartier, zonder pauzes. Tel daar gerust behoorlijk wat fotopauzes bij op. Vooral het Lac Noir heeft een hoog fotogeniek gehalte: wij keerden hier zelfs later in de week nog terug omdat de zon precies in het verlengde van het meer achter de bergen zakt. Het is dus de perfecte plek om een zonsondergang te bekijken en fotograferen.